Vaak wordt naar tolerantie verwezen als alternatief voor geweld en onderdrukking. We kunnen beter tolerant zijn. Maar wat betekent dit eigenlijk? En tot hoe ver moeten we gaan? Wanneer slaat tolerantie om in onverschilligheid en zelfverloochening? Oftewel: wat is échte tolerantie?

Tolerantie betekent volgens het woordenboek ‘verdraagzaamheid tegenover andersdenkenden’ en is afgeleid van het Latijnse tolerare dat ‘verdragen’, ‘verduren’ en ‘uithouden’ betekent. Deze definitie laat meteen al de kern van tolerantie zien: het kost moeite en het vergt geduld. Bij andersdenkenden gaat het niet om kleine meningsverschillen, maar om een fundamenteel andere kijk op wat waarheid is. Let wel: tot zover gaat het alleen om het verschillend denken, niet om gedrag, wat om verdraagzaamheid vraagt. Blijkbaar zit er iets in de waarheidsclaim dat verzet oproept en waarvoor we verdraagzaamheid moeten opbrengen om niet over te gaan tot geweld en onderdrukking.

Waarheidsclaims

Bij tolerantie staan twee waarheidsclaims tegenover elkaar. Zonder waarheidsclaim zijn er namelijk geen andersdenkenden. Met andere woorden: je moet iets hebben waar je tolerant tegenover bent, anders is verdraagzaamheid slechts een bedekte term voor onverschilligheid. Je kunt alleen tolerant zijn tegenover ‘Charlie’, als je Charlie niet bent. Maar waarheidsclaims hoeven niet hetzelfde detailniveau te hebben. De overtuiging dat er niet zoiets bestaat als waarheid is strikt genomen ook een waarheidsclaim en kan ook als basis dienen voor tolerantie. Vergelijk het met onderhandelen: slechts als je weet waar je zelf voor staat, kun je concessies doen, als je zelf niet weet waar je voor staat zijn concessies betekenisloos. Tolerantie is dus de deugd om ruimte te geven aan uitingen die ingaan tegen wat je ten diepste als waarheid ziet. Dat het een deugd is wil zeggen dat het moeite en oefening kost om het je eigen te maken en dat iedere situatie om een eigen afweging vraagt.

Waarom tolerant zijn?

Tolerantie vraagt dus veel van ons, maar waarom brengen we dit offer? Ik noem de twee belangrijkste redenen. Ten eerste: waarheidsvinding. We hebben de waarheid niet in pacht en kunnen er dus ook naast zitten. Waarheidsvinding vraagt om een continue toetsing. Daarvoor is het van grote meerwaarde om ook andere visies te horen. Ten tweede: een leefbare samenleving. Het is uiteindelijk niet aan ons om te oordelen over de diepe overtuiging van anderen. Vergelijk het met een klas met leerlingen. Ze nemen elkaar niet de maat voor wie het beste gescoord heeft bij een proefwerk, dat bepaalt de leraar. Wel hebben de leerlingen een taak om elkaar scherp te houden en zodoende elkaar te helpen een goed cijfer te halen. Tolerantie vraagt van ons om onze eigen overtuigingen tussen haakjes te zetten en ons te richten op wat we gemeenschappelijk hebben: het zoeken naar waarheid en het verlangen naar een leefbare samenleving. Als we tolerant zijn gaan deze twee hand in hand.

Echte tolerantie

Ten slotte rest de vraag hoe we blijk kunnen geven van echte tolerantie. Onze rechtstaat biedt al de randvoorwaarden, maar deze blijven juridisch en procedureel als ze slechts als dwingend ervaren worden, in plaats van als persoonlijke overtuiging. Naast het beschermen van de rechtstaat vraagt tolerantie nog om de volgende drie activiteiten.

Om te beginnen vraagt tolerantie om andersdenkenden te begrijpen. Waarom haten de IS-strijders ons zo? Het is makkelijk om te vervallen in karikaturen (‘omdat ze achterlijk zijn’), moeilijker is om een inhoudelijk antwoord te geven.

Ten tweede moeten we vrijheden die ons gegeven zijn naar de geest naleven en niet alleen naar de letter. Vrijheid van meningsuiting is nooit bedoeld als recht op krenken, hoewel het nu vaak wel als zodanig wordt geïnterpreteerd. De wet is dus niet de grens, maar de moraal. Deze moraal vraagt ons niet altijd de grens van de wet op te zoeken.

Ten derde – en deze is het meest fundamenteel – gaat het erom te laten zien dat tolerantie leidt tot een samenleving waarin niemand de behoefte heeft om (verbaal of fysiek) geweld te gebruiken. Met andere woorden: te laten zien dat échte tolerantie tot échte vrede leidt.

Ruben Bakker is voormalig vicevoorzitter en bestuurslid Politiek van het CDJA en heeft economie en wijsbegeerte gestudeerd aan de Erasmus Universiteit RotterdamPlease reload