Het is een week geleden dat het GroenLinks, VVD, D66 en CDA uit de formatie-onderhandelingen kwamen, zonder er uit te komen. De reden: voor drie van de vier was de bovengrens bereikt van het aantal vluchtelingen binnen de Europese Unie, en voor de andere was de ondergrens bereikt van hoe er omgesprongen wordt met diezelfde vluchtelingen buiten diezelfde Europese Unie. Het is voor politici kennelijk makkelijker om grenzen over te steken dan voor vluchtelingen.

Gelet op het CDA van de afgelopen verkiezingscampagne is het geen verrassing dat het voornemen om meer ‘Turkije deal’-achtige deals te maken met Noord-Afrikaanse landen voor het CDA heilig is. De muziek heeft daar in de afgelopen maanden zo naar geklonken, dat een formatief slotakkoord in een heel andere toonaard ongeloofwaardig zou zijn. Een jaar geleden had het CDA nog hele andere noten op de zang, met een uitgesproken kritisch geluid over de Turkije-deal. Eerlijk is eerlijk: de kritiek was vooral gericht op de onbetrouwbaarheid van Turkije als partner in de uitvoering, en de houdgreep van Turkije op de Europese Unie via de deal.

Over een gebrek aan gastvrijheid en medemenselijkheid van Europa ten opzichte van vluchtelingen werd niet geklaagd. Het is wel een opvallende stap: van felle kritiek op de deal naar per se meer van zulke deals willen. Terwijl de geografische grenzen (binnen Europa) vaster en nadrukkelijker worden, kunnen de grenzen op ideologisch gebied nog wel wat te schuiven, zo blijkt. Maar niet zo heel ver meer. Want hoe verder de grenzen te schuiven, hoe meer de theoretische werkelijkheid los komt te staan van de praktische werkelijkheid.

Je kunt op papier prima uitleggen dat de Turkije-deal goed werkt: de vluchtelingen worden zo vroeg mogelijk opgevangen, en zo soepel mogelijk doorgeleid in landen die daarvoor financieel en praktisch worden ondersteund, wat leidt tot een overzichtelijke en reële verdeling van immigranten. Zelfs dat het een uiting is van een verwelkomende houding van de Europese Unie. Op papier. Je kunt uitleggen dat deals maken met landen in Noord-Afrika humaan beleid is, omdat het voorkomt dat mensen de gevaarlijke overtocht over de Middellandse Zee hoeven te maken. Op papier.

Maar de mensen aan de andere kant van het beleid, zij die op de vlucht zijn, weten precies het verschil tussen gastvrijheid en verantwoordelijkheid afkopen. Tussen geholpen worden als je niets meer hebt en de buren inschakelen om je buiten de deur te houden. Die spanningen worden steeds groter. Tussen theorie en praktijk, tussen beleid en wet (laat staan de geest van de wet!), tussen geloofwaardigheid en geloof-waardigheid. Met name van dat laatste zou het CDA slapeloze nachten moeten hebben. Want als je tijdens de campagne uitventen dat immigratie aangepakt moet worden, dan is het geloofwaardig om daar tijdens de formatie bij de blijven. Maar het is niet vol te houden dat datzelfde beleid ook geloof-waardig is.

Wicher Schuurman is (toneel)schrijver, muzikant, cabaretier en zorgondernemer. Hij volgt politieke en maatschappelijke ontwikkelingen met veel interesse en probeert dat in zijn dagelijks werk te koppelen aan de grotere vragen en levensthema’s.