De laatste week is er veel ophef over de Nederlandse opstelling geweest in Europa. In Spaanse media werd Rutte weggezet als ‘de grootste havik ’, de uitlatingen van CDA-minister Wopke Hoekstra werden door de Portugese premier Costa ‘walgelijk’ genoemd. Een groep Italiaanse burgemeesters plaatste een paginagrote advertentie in de Frankfurter Allgemeine Zeitung, waarin Nederland beticht werd van een gebrek aan ethiek en solidariteit: een toonbeeld van ‘bekrompen nationaal egoïsme’. Het is tijd om de Nederlandse houding te herzien.

Noord vs. Zuid
Bovengenoemde kritieken zijn deel van een al langer durend debat over de Europese monetaire politiek, dat in een stroomversnelling is geraakt sinds lidstaten hard geraakt zijn door COVID-19. Opnieuw wordt de noord-zuidtegenstelling duidelijk zichtbaar. Dit keer krijgt dit debat een nóg scherpere toon, omdat het water Zuid-Europese landen als Spanje en Italië nu echt aan de lippen staat (zie dit FD artikel). 

Welke maatregelen zijn er?
In tegenstelling tot de vorige crisis hebben veel overheden nu verstandig op de aankomende recessie gereageerd met publieke investeringen en garantstellingen. Daar is echter veel geld mee gemoeid, wat geleend moet worden of uit Europese noodfondsen zou moeten komen. Het noodfonds ESM heeft als voordeel dat al gevuld is en snel ingezet kan worden – wat scheelt voor de toekomstige rentelasten – maar heeft voor de ontvangende landen het grote nadeel dat er een hervormingsopdracht aan gekoppeld kan worden.

Het alternatief is het aangaan van leningen die op de kapitaalmarkt moeten worden opgehaald. Deze stegen, met name half maart, direct in rente omdat zuidelijke landen kampen met een hoge staatsschuld en dus minder “kredietwaardig” worden geacht: ze vormen een groter risico en moeten dus meer betalen. Naast het schulden opkopende ECB-programma zouden ook Eurobonds een oplossing kunnen zijn, waarbij zuidelijke landen meeliften op de kredietwaardigheid van noordelijke landen en ze samen garant staan voor schulden. Een alternatief is om een soort tijdelijke mogelijkheid te creëren van een ‘beperkt’ obligatiepakket, slechts voor de Corona-aanpak, zonder hier structureel aan vast te zitten. Voor beide opties is Hoekstra niet in.

Zijn de voordelen van de EU eerlijk verdeeld?
De onderliggende vraag, veroorzaakt door het ontwerp van onze muntunie, is of de voordelen van de Euro en de interne markt nu werkelijk zo eerlijk verdeeld zijn tussen rijke en armere lidstaten. Er zijn structurele onevenwichtigeheden in de handelsbalansen tussen de verschillende landen. De deelnemende lidstaten hebben geen gelijke economieën en zijn niet even competitief. Dan resteert in crises slechts intern devalueren: bezuinigingen, arbeidsmarkthervormingen en verlaging van lonen. Het langzame herstel van de vorige crisis bewijst dat dit geen goede oplossing is, en geeft bovendien de zuidelijke landen niet de mogelijkheid gegeven zich voor te bereiden op een nieuwe crisis.

Tenzij het zuiden geholpen wordt door zogenaamde transfers: Eurobonds, een gezamenlijke EU-begroting of gezamenlijke werkloosheidsuitkeringen. Via de crisis zien de zuidelijke landen niet alleen een kans om deze wensen opnieuw op tafel te leggen, maar ook de noodzaak hiertoe. Ze krijgen nul op het rekest, qua inhoud én toon. Want ontegenzeggelijk heeft CDA-minister Hoekstra met zijn uitspraken een anti-Europees sentiment gevoed dat in bijvoorbeeld in Italië toch al sterk leeft.

Wees solidair
De koers moet dus verlegd worden. Het zou een CDA-minister sieren zich meer solidair op te stellen met de ander, of die nu Nederlander, Portugees of Italiaan is. Maar er is ook een eigenbelang. Nederland profiteert als geen ander van met name de interne markt, waarbij oostelijke en zuidelijke lidstaten onze export afnemen. Als Nederland solidariteit en Europa wat waard is, en draagvlak voor de interne markt en de muntunie onder de zuidelijke partners wil behouden, dan doet het er goed aan zich wat gematigder op te stellen. Dat gaat dan niet alleen om de toon, maar óók om de inhoud. Dat zou kunnen starten met steun voor tijdelijke coronabonds of de beschikbaarstelling van de ESM-middelen, zonder daar al te stringente hervormingen aan te koppelen. Immers, de corona-uitbraak is niet het gevolg van financieel wanbeleid. En als je nu niet het noodfonds inzet, wanneer dan wel?

Twan van Lieshout studeerde politicologie en geschiedenis in Noord-Europa en ontwikkelingseconomie in Zuid-Europa. Hij is freelance journalist en won in 2018 de Banning Prijs.