In het Bijbelboek Exodus staat het verhaal van het volk Israël dat in de woestijn moet zien te overleven. Dagelijks valt er manna – ofwel brood – uit de hemel, waarmee het volk zich kan voeden. Het volk krijgt heldere instructies: neem alleen voor vandaag en vertrouw erop dat er morgen weer genoeg zal zijn. Het verhaal spreekt vervolgens van twee soorten mensen. De een neemt meer dan nodig waarop zijn eten vervolgens bederft, de ander luistert gehoorzaam en blijkt dag aan dag genoeg te hebben. Herkenbaar?
Niet alle mensen deugen
Het verhaal uit dit eeuwenoude Bijbelboek stemt tot nadenken. Waar de Hollandse nuchterheid aan het begin van de coronacrisis werd geprezen, bleek deze houding de week daarop een farce te zijn. Als de nood aan de man komt kiest een deel van ons land voor zichzelf en hamstert erop los. Graaien blijkt niet voorbehouden te zijn aan de zo veel bekritiseerde bankiers en laat zien dat uitwassen van het neoliberalisme zich niet beperken tot bancaire instituties. Maar is dit verwonderlijk?
Het neoliberale denken veronderstelt dat elk mens een competitief wezen is, vooral gemotiveerd om zichzelf te verrijken en “aan de top” te komen. Dit zou betere producten en efficiëntere dienstverlening als gevolg hebben. Slagen of mislukken hangt in deze strijd volledig af van de inspanningen van het individu, en ieder is zelf verantwoordelijk voor zijn of haar eigen “succes” of “mislukking”. Deze manier van denken en permanente strijd is in steeds meer facetten van het Nederlandse leven doorgedrongen, aangevoerd door de VVD en D66 en niet – of te weinig – tegengehouden door het CDA.
De BV Nederland
Al jaren vaart Nederland een nationale koers waarin de minister-president het land veelvuldig bestempelt als de BV Nederland waarvan de minister-president de manager is. Een koers waarin de maatschappij als bedrijf wordt gezien en waarin het kabinet primair de participatiesamenleving omarmt als vehikel om de gevolgen van bezuinigingen op af te schuiven. Dit neoliberale denken is ook in onze persoonlijke levens doorgedrongen. Zo schrijft Ilja Leonard Pfeijffer in zijn roman ‘Grand Hotel Europa’ over hoe de competitieve strijd van individuen in het domein van vakantiebestemmingen woedt, waarbij iedereen strijdt om de meest unieke bestemming. Columnist Tom Grosfeld schreef voor Het Parool hoe hij bakken kritiek over zich heen kreeg omdat hij koos voor jong vaderschap, wat voor zijn omgeving moeilijk te rijmen viel met het ideaal om ‘alles uit het leven halen’. Want: door jong vader te worden zet je jezelf op achterstand in de competitiestrijd. Het hamsteren in tijden van corona lijkt niet een uitzondering maar een bevestiging van deze trend.
“Nederland is géén BV”
Het andere Nederland
Toch komen we in opstand tegen het hamstergedrag: gelukkig is er ook nog die andere kant van Nederland, die van samen dijken bouwen tegen de storm. Die van verbondenheid in moeilijke tijden. Juist deze houding is nu broodnodig. Nederland is namelijk geen BV, en dat blijkt uit de houding van veel Nederlanders. In de coronacrisis worden buurthulpinitiatieven opgezet. Zorgend Nederland wordt ondersteund met oppas en deze zelfde zorgers – werkzaam in vitale beroepen – kregen een massale ovatie. Horecagelegenheden die hun deuren noodgedwongen sloten, doneerden voorraden aan voedselbanken. Het kabinet durft grote maatregelen te nemen om ouderen te beschermen en ondernemers te compenseren (zie dit artikel op christendemocraat.nl). En zelfs de BV-premier toont zich van een andere kant wanneer hij Nederland oproept een beetje op elkaar te letten. En zegt op ons te rekenen.
Een land dat we door willen geven
Het verhaal over Israël in de woestijn sluit af met de opdracht om een beetje manna te bewaren in een kruikje voor de toekomstige generaties. Om te blijven herinneren dat er genoeg is, juist als je niet alleen aan jezelf denkt. En dit beetje manna voor de toekomstige generatie bederft niet. Het verdere verloop van de coronacrisis zal moeten uitwijzen: waarmee vult Nederland haar kruikje?
Matthijs Buijs is redactielid van ChristenDemocraat.nl en werkt als coördinerend beleidsmedewerker bij het ministerie van financiën.